Telefonisch bereikbaar; ma t/m vrij 8:30-12:00 & 13:00-16:00 uur

Tandartspraktijk Oelp - Hoogh Boulandt

Catharijnesingel 77 – 3511 GN – Utrecht – Tel: (030) – 231 96 25

 

Telefonisch bereikbaar; woensdag t/m vrijdag 9:00-12:00 & 13:00-16:00 uur

Prothesen

Als de restauratieve tandheelkunde te kort geschoten is en er een aantal tanden of kiezen sterk zijn aangetast of erger nog, geheel missen of verloren zijn gegaan, dan bestaan er verschillende mogelijkheden om verloren gegaan weefsel te herstellen of te vervangen. Een methode daarvoor is de gebitsprothese. Er bestaan twee soorten prothesen: de volledige gebitsprothese en de gedeeltelijke gebitsprothese ook wel kunstgebit genoemd. Bij de gedeeltelijke gebitsprothese kan nog een onderscheid worden gemaakt tussen een prothese waarvan de basis uit kunsthars bestaat en een prothese waarvan de basis uit metaal bestaat. De gedeeltelijke gebitsprothese met een basis van kunsthars wordt een plaatje genoemd, de gedeeltelijke gebitsprothese met een basis van metaal een frameprothese of frame.

1. Het kunstgebit

Als alle tanden en kiezen van het natuurlijke gebit verloren zijn gegaan, is er nog maar één manier om de functie en het uiterlijk daarvan te herstellen, nl. het maken van een kunstgebit. Het kunstgebit bestaat uit een kunsthars plaat waarop tanden en kiezen zijn bevestigd. De kunsthars plaat en de tanden en kiezen worden zo natuurlijk mogelijk aan de mond aangepast. De vormen en kleuren van de tanden en kiezen in het natuurlijke gebit kunnen precies worden nagemaakt in het kunstgebit.

Hoe blijft een kunstgebit op zijn plaats zitten?

De plaat van het kunstgebit ligt op de kaak. Hoe hoger en dikker de kaak is, hoe groter het houvast van het kunstgebit zal zijn. Daarnaast zit er tussen de plaat van het kunstgebit en de kaak een laagje speeksel waardoor het kunstgebit zich vastzuigt aan de kaak. Hoe beter de plaat van het kunstgebit past op de kaak, hoe beter de zuigwerking, en daardoor het houvast van het kunstgebit zal zijn. Een kunstgebit in de bovenkaak ligt voor een groot gedeelte op het gehemelte. Een kunstgebit in de onderkaak kan niet op de tong liggen. Daardoor is het oppervlak waarop een kunstgebit in de bovenkaak ligt veel groter dan het oppervlak waarop een kunstgebit in de onderkaak ligt. Een kunstgebit in de bovenkaak heeft daardoor meer houvast dan een kunstgebit in de onderkaak. Daar komt nog bij dat het kunstgebit in de onderkaak van zijn plaats kan worden geduwd door de beweeglijke tong. Klachten over een loszittend kunstgebit betreffen dan ook meestal het ondergebit.

Door de druk van het kunstgebit op de kaak zal de kaak in de loop van de tijd gaan slinken. Daardoor zal het kunstgebit steeds minder goed passen en losser gaan zitten. Dat is een van de redenen dat na verloop van tijd een kunstgebit moet worden aangepast, of dat zelfs een nieuw kunstgebit moet worden gemaakt.

Tenslotte willen wij u nog wijzen op de mogelijkheid dat de tandarts i.p.v. een kunstgebit een zogenaamde overkappingsprothese maakt. Een overkappingsprothese is een kunstgebit dat niet alleen op de kaak steunt maar ook op enkele wortels of implantaten. Als er nog enkele goede wortels over zijn van het natuurlijke gebit, kan de tandarts die zodanig behandelen dat zij net boven het tandvlees uitkomen. Het kunstgebit zal dan voor een deel op deze wortels steunen en voor een deel op de kaak. Daardoor zit het kunstgebit beter vast. Omdat de wortels bovendien een deel van de kauwkrachten opvangen, zal de kaak minder slinken. Als er geen wortels meer zijn, bestaat soms de mogelijkheid om enkele kunstwortels, ook wel implantaten genoemd, in de kaak te plaatsen en daar het kunstgebit op te laten rusten.

Hoe wen ik aan een kunstgebit?

Het eerste kunstgebit vraagt de nodige gewenning. Dat geldt ook als het oude kunstgebit wordt vervangen door een nieuw kunstgebit. Vooral het eten en het praten gaan in het begin wat anders dan men gewend was. In het begin eet men wat ongemakkelijk en voorzichtig maar men merkt al snel wat wel en niet gedaan kan worden met het kunstgebit. Het is verstandig om in het begin vooral zacht en vloeibaar voedsel te nemen. Na enkele dagen probeert men wat steviger voedsel te eten. Na een aantal weken gaat men ook de wat lastige voedselsoorten zoals een appel of vlees eten. Met een kunstgebit kan men beter geen grote stukken voedsel afbijten omdat daardoor het kunstgebit los kan laten.

De spraak kan in het begin moeilijk zijn. Het is net alsof men met een volle mond spreekt. Dat gaat meestal over na verloop van enkele dagen. Daarbij kan het helpen om extra te oefenen op de woorden die problemen opleveren. Soms duurt het echter wel 6 tot 8 weken voordat men weer kan spreken zoals men gewend was. Een nieuw kunstgebit kan in het begin soms pijnlijk zijn. Door onvolkomenheden in de pasvorm kan de harde kunsthars op sommige plaatsen teveel op het zachte slijmvlies drukken en dat beschadigen. Er ontstaan dan zogenaamde drukplaatsen op het slijmvlies die erg pijnlijk kunnen zijn. Bij ernstige klachten kan het kunstgebit het beste worden uitgedaan.

De tandarts kan de klachten verhelpen door het kunstgebit aan te passen. Voordat men naar de tandarts gaat om het kunstgebit te laten aanpassen, dient men het kunstgebit weer in te doen zodat de tandarts duidelijk kan zien waar de drukplaatsen op het slijmvlies zitten. Ga in ieder geval nooit zelf schuren of vijlen aan het kunstgebit. Wij raden af om bij klachten aan het nieuwe kunstgebit het oude kunstgebit weer te gaan dragen omdat dan nooit gewenning aan het nieuwe gebit zal optreden.

Wanneer is aanpassing van een kunstgebit nodig?

Wij hebben u al verteld dat in de loop der tijd de kaken zullen slinken waardoor het kunstgebit minder goed gaat passen en los gaat zitten. Een kunstgebit dat loszit is niet alleen vervelend, het versnelt ook het slinken van de kaken. Daarom dient de tandarts eens in de 2 jaar het kunstgebit te controleren en zonodig aan te passen. Als men het kunstgebit ‘s nachts niet uitdoet, dient de tandarts zelfs eens per jaar te controleren. Tijdige controle en aanpassing van het kunstgebit voorkomt ongemak en onnodig slinken van de kaken. De tandarts past het kunstgebit aan door een nieuw laagje kunsthars in het kunstgebit aan te brengen dat precies aansluit op de kaken. Het gebruik van kleefpasta’s om de prothese op zijn plaats te houden, is slechts een noodoplossing. Het zelf aanbrengen van een zogenaamde voering of watjes onder het kunstgebit kan zelfs schadelijke gevolgen hebben voor de kaken. Daarom adviseren wij om bij een slecht zittend kunstgebit dit altijd door de tandarts te laten controleren en te laten aanpassen. Over het algemeen zal een kunstgebit na een jaar of tien aan vervanging toe zijn omdat het dan niet meer mogelijk is om de pasvorm nog aan te passen, of omdat de tanden en kiezen versleten of lelijk zijn geworden.

2. Het Plaatje

Als er een aantal tanden en kiezen ontbreekt in de mond, kunnen die worden aangevuld met een plaatje. Een plaatje bestaat uit een plaat van kunsthars die precies past op het gedeelte van de kaak waar de tanden en kiezen ontbreken. Op de kunsthars plaat zijn tanden en kiezen bevestigd. Het houvast van een plaatje is meestal beperkt. Daarom worden aan het plaatje vaak kleine haakjes bevestigd die om de natuurlijke tanden en kiezen komen te zitten. Daardoor wordt de houvast van het plaatje vergroot. Een nadeel van een plaatje is dat het vaak op de rand van het tandvlees van de natuurlijke tanden en kiezen drukt. Het tandvlees wordt naar beneden gedrukt waardoor het tandvlees terugtrekt. De natuurlijke tanden en kiezen hebben daardoor vaak te lijden van een plaatje. Een ander nadeel van een plaatje is dat het, net zoals een kunstgebit, drukt op de kaak waardoor de kaak in de loop van de tijd zal slinken.

Een plaatje is dus zeker geen ideale oplossing om ontbrekende tanden en kiezen te vervangen. Betere oplossingen zijn een frameprothese of, indien mogelijk, een of meerdere bruggen. Als tijdelijke oplossing, bijvoorbeeld in het geval dat er een voortand is uitgeslagen en de kaak eerst moet genezen voordat een definitieve oplossing mogelijk is, voldoet een plaatje prima. Ook in die gevallen waarbij verwacht mag worden dat in de toekomst een volledige prothese zal moeten worden gemaakt, kan een plaatje een oplossing bieden.

3. De Frameprothese

Een alternatief voor het plaatje is een frameprothese oftewel een frame. Bij een frame is de kunsthars plaat vervangen door een metalen plaat die een geheel vormt met de haakjes die om en op de natuurlijke tanden en kiezen vast komen te zitten. Doordat de plaat van metaal is gemaakt, is deze sterker dan een plaatje. Doordat een frame sterker is dan een plaatje, kan het dunner en kleiner worden uitgevoerd. Daardoor is het vaak mogelijk om, in tegenstelling tot een plaatje, niet het hele gehemelte te bedekken met de plaat. Dat is comfortabeler en bovendien geeft het minder verlies van smaak en gevoel dan bij een plaatje. Omdat de haakjes een geheel vormen met de metalen plaat, passen zij beter om en op de tanden en kiezen waardoor het frame meer houvast biedt dan een plaatje. Bovendien is het zo dat, omdat de haakjes ook op de kauwvlakken van de tanden en kiezen rusten, de kauwkrachten daarop worden overgebracht, en niet op de kaak. De kaak zal daardoor veel minder slinken dan bij een plaatje.

Werkwijze
Het vervaardigen van een prothese is een complexe samenwerking tussen patiënt, tandarts en tandtechnicus. De behandeling binnen onze praktijk bestaat uit een vijftal afspraken.
• Tijdens de eerste afspraak worden afdrukken gemaakt in een snel hardende pasta. Deze afspraak duurt ongeveer 20 minuten onafhankelijk of er zowel voor de onder- als bovenkaak een frame moet worden gemaakt. Als er van beiden een afdruk gemaakt moet worden, kan het iets langer duren.
• De tweede afspraak is bedoeld voor individuele lepels. De afdruk die tijdens de eerste behandeling is gemaakt wordt uitgegoten in een aparte lepel   van kunststof die beter in de mond past. Met deze kunststoffen lepels worden de definitieve afdrukken gemaakt. Tevens worden er wasbeten gemaakt. Dit zijn afdrukken waarmee de kaakbeweging tijdens het bijten bekeken wordt.
• Bij de derde afspraak wordt de verticale relatie tussen de onder- en bovenkaak zodanig gemeten zodat U een normale beet heeft.
• In de vierde afspraak wordt alle informatie omgezet in een wassen opstelling. Kleine aanpassingen kunnen daar nog op worden aangebracht. Als patiënt en tandarts tevreden zijn, kan de definitieve prothese vervaardigd worden. Deze definitieve prothese kan op de laatste afspraak geplaatst worden.

In verband met de levering aan het tandtechnisch laboratorium, moeten bepaalde afspraken voor een bepaald tijdstip op een dag gemaakt worden. Dit kan wellicht problemen opleveren met uw werktijden. Houdt U er daarom rekening mee dat U op het werk tijdig aangeeft dat u meermaals en op specifieke tijden naar de tandarts moet gaan.
Het vervaardigen van een plaatje duurt minder lang.
Hieronder vindt u een tijdsschema met de tijden die de praktijk hanteert voor de vervaardiging van de verschillende prothesen.
Voor al het prothese werk worden de volgende afspraken gemaakt. Houdt u er daarom rekening mee dat als u een prothese nodig heeft, u niet gelijk over deze kunt beschikken. Er gaat een uitgebreid en complex behandelplan aan vooraf.

Afdrukken:
duur: 20 min
afspraak: alle dagen behalve vrijdag
tijdstip: 9.00 – 12.00
vervolg afspraak: over 1 week
Lepel:
duur: 20min
afspraak: alle dagen behalve vrijdag,
tijdstip: 9.00 – 12.00
vervolg afspraak: over 1week
Beet registreren:
duur: 30 min
afspraak: alle dagen
tijdstip: 9.00 – 17.00
vervolg afspraak: over 1week
Passen in was:
duur: 20 min
afspraak :alle dagen
tijdstip: 9.00 – 17.00
vervolg afspraak: over 1week
Plaatsen:
duur: 20 min
afspraak :alle dagen
tijdstip: 9.00 – 17.00
vervolg afspraak: over 1week

 

Vragen

Als de prothese niet lekker zit, kunt U altijd een afspraak maken om het probleem te verhelpen. De nazorg zit in de service inbegrepen. Houdt u er wel rekening mee dat een pijnlijk gevoel niet altijd direct te wijten is aan de prothese. Een nieuw paar schoenen kan in het begin ook een beetje krap zitten. Deze moeten ingelopen worden. De mond moet wennen aan het vreemde kunstmatige element.

Het gebeurt zelden, maar het zou kunnen dat de prothese stuk gaat. Er breekt een stukje van af of een element laat los. Als dit gebeurt kunt u de prothese ter reparatie naar de praktijk brengen. In de meeste gevallen lukt het om de prothese tegen het eind van de middag gerepareerd terug te krijgen als de beschadigde prothese vóór 09.00 uur wordt gebracht.

Een afspraak niet nakomen, kan leiden tot vervelende consequenties. Als de afdrukken worden gemaakt van uw gebit, zijn deze bepalend voor uw toekomstige prothese. In de 5 weken gereserveerde tijd kan een hele hoop gebeuren. Het is daarom aan te raden deze tijd niet nog verder op te rekken. Zoals eerder hierboven beschreven is de kaak en het tandvlees onderhevig aan slinking en vervorming. Het zou kunnen gebeuren dat de prothese niet meer perfect aansluit omdat u te lang heeft gewacht met het maken van de vervolgafspraken. Houdt u er verder rekening mee dat elke verandering in uw mond een consequentie heeft voor de ‘fit’ van de prothese (tand trekken, ongeluk etc).